maandag 1 mei 2017

Santiago de Cuba

Met een zucht van opluchting omdat de motor weer zacht loopt, verlaten we rond 7u 's avonds de mooie baai van Samana. Het hele stuk staat er een noordoostenwind van 15 knopen. Het wordt een rustige nacht en rond de middag varen we de haven van Ocean World binnen. Een groot contrast met de vorige marina: hier geen zwembad met prachtig uitzicht. Wel een hoop beton en een lange golfbreker die het vrij zicht ontneemt op de baai. De duurste ook tot dusver, zal later blijken. Gelukkig moeten we er niet lang blijven want we willen verder naar Cuba. Wel brengen we een dag door in het waterpark naast de jachthaven Ocean World, waar we onze belofte aan Elise inlossen en met dolfijnen zwemmen en vrijwillig papegaaien op ons hoofd laten zetten. Op 7 april gooien we de lijnen los om naar Cuba te zeilen. De eerste nacht ankeren we nog in een baai op 55 mijl van Ocean World, om uitgerust aan de oversteek naar Santiago te beginnen. Als we de volgende ochtend het anker ophalen, schiet er iets in mijn rug. Stom, ik wist dat het geen goede houding was en ben erg boos op mezelf. Het doet weer beseffen dat we toch wel kwetsbaar zijn op het water. Gelukkig is er genoeg afleiding. Onderweg naar Cuba stoppen we in Caio Paradisio, waar we snorkelen in water dat zo helder is dat we het gevoel hebben dat we zelf drijven. We zwemmen er boven prachtig koraal en hebben het gevoel dat we in een aquarium zitten. Helaas blijkt ook dat ons zwemladdertje niet mee is en we vrezen dat we het verloren zijn in de vorige ankerbaai. We maken rechtsomkeer en lossen het anker waar we het een paar uur eérder ophaalden. Vincent en Simon duiken onder en naast de boot en gaan op zoek naar de ladder in het troebele water. Net als Vincent het wil opgeven duikt Simon nog een laatste keer onder en houdt het laddertje triomfantelijk in zijn hand! Oef. De reis naar Cuba kan nu echt beginnen. 



    Liefde op het eerste zicht...

  Ocean World

 

  Swingen 

  
 

  Caio Paradisio

Ik werd net opgeroepen door de Us coast guard. We varen ter hoogte van Guantánamo en blijkbaar te dicht bij hun operation zone. Captain (zei de marconist tegen mij ;-)), can you alter your course? Not really, dacht ik. We zijn op zeil. Koers wijzigen betekent zeilstanden aanpassen en dus Vincent erbij halen. Ik maak hem toch maar wakker en hij moppert dat we de verplichte 2 mijl afstand houden en we dus zo blijven varen, maar na een tweede oproep gaan we toch overstag. Het is muisstil op het opspattende water naast de boot na. Guantánamo is heel erg verlicht. Het voelt vreemd om daar te zeilen als je weet wat daar gebeurt...
De kaartplotter geeft aan dat de ETA 10u is als we deze snelheid kunnen aanhouden. Eens in Santiago zal de bureaucratische mallemolen beginnen. Niemand mag van boord tot de officials geweest zijn. Er komen wellicht ook drugshonden. Wat ik een beetje vies vind. Bovendien zijn we wat ongerust over de morfine (die ik gisteren bijna nam) die we bij hebben. We hebben een attest, maar de dokter van tropische geneeskunde zei dat dat niet veel waard is en niet als officieel beschouwd zal worden. We zullen zien...
De rest van de nacht doen er zich geen incidenten meer voor en moe maar opgewonden varen we 10 april Santiago binnen. Cuba! Eindelijk. Hier hebben we lang naar uitgekeken! Maar eerst moeten we dus zoals verwacht de hele officialsmiserie door en we worden verzocht om ons anker uit te gooien voor de jachthaven en te wachten op de man van immigration en de dokter. Elise is bang dat ze een spuitje zal krijgen maar de dokter neemt onze temperatuur op en stelt alleen maar vragen, waaronder enkele vreemde, zoals: hebben jullie muizen of ratten met ziektes aan boord? En nee, het ligt niet aan ons erbarmelijk Spaans, ze vroeg het echt. Alle papieren worden bestudeerd en na een snelle inspectie van de toiletten en de ijskast, waar effectief geen ratten of muizen te vinden zijn, mogen we verhuizen naar het dok om daar customs en immigration af te ronden. Gelukkig gebeurt er ook iets heel erg leuk die dag: ‘s avonds landen de ouders van Vincent. Zij zijn met hun eigen boot naar Havanna gezeild en namen daar een vlucht naar Santiago. We hebben ze niet meer gezien sinds oktober en het vooruitzicht om een week samen te kunnen optrekken stemt ons allemaal een beetje euforisch! We praten lang bij aan boord van de Sta Vast, vooral over onze wederzijdse bootellende (zij verloren hun propeller voor de haven van Havanna en moesten gesleept worden) en hoe groot de kinderen wel niet geworden zijn. (Mami meet ze later in de week op tegen de badkamerdeur van het hotel: 135cm is Elise en Simon 152, 5 cm!). Ze neemt ook stiekem de “verboden” medicijnen mee naar haar hotel, maar de controle de volgende dag stelt weinig voor. Voor de vorm trekken twee mannen in uniform (en zonder honden) hier en daar een kast open, maar daar blijft het bij.

Na bootschool (die Mami en Opajo met veel liefde en toewijding van ons overnemen) trekken we die week vaak de stad in. Samen met de locals nemen we de Ferry naast de marina en stappen uit aan de kade in Santiago. Die eerste dag in de stad is een beetje overweldigend. Santiago is prachtig in al haar vervallenheid en chaos. De typische oldtimers, maar ook paard en kar sieren de straten waar erg weinig verkeer is. De mensen leven er buiten. En bij gebrek aan tuinen betekent dat op straat. Het contrast met Vlaanderen, waar iedereen in zijn achtertuin onder zijn pergola uit het zicht van de buren leeft,  is groot. Cubanen zijn heel erg gericht op het samenzijn. Niet verwonderlijk als je weet hoe hard het leven hier is. Ze hebben elkaar echt nodig. En leven ook dicht op elkaar. In 1 huis wonen doorgaans drie generaties omdat het anders niet te betalen is. Eenvoudige basisspullen zijn er niet te vinden. Zeepjes, t-shirts, pennen. Enkel onderwijs en cultuur, dat is gratis en erg toegankelijk. En van dat laatste zijn we vaak getuige. De straten zijn vol van de prachtige muziek die de Cubanen maken. In Casa de la Trova, het bekende cultuurhuis blijven we een lange tijd genieten van de weemoedige klanken van drie dames op leeftijd. Onze twee blonde kinderen vallen op tussen het publiek en mogen mee het ritme slaan. Het gemak en het plezier dat deze vrouwen beleven aan het zingen is mooi om te zien. We laten ons overhalen om hun cd te kopen maar de weemoed komt beter tot zijn recht in de donkere ruimte behangen met vergeelde foto’s van Cubaanse sterren en gezeten op een harde kerkstoel. 

 

  Een visser toont op de ferry zijn vangst

 Elise leest overal. Ook in het oud-koloniale hotel aan het      kloppend hart van Santiago Parque Cespedes.




  De auto’s zijn een lust voor het oog


  Cubanen hebben geduld.




  Muziek, het lang leven van de Cubanen.

 


 Paard en kar zijn geen uitzondering

 



  In Casa de la Trova

  Een traditioneel naaiatelier

 

         Elise poseert voor een oude etalage


  Uitblazen in de bovenstad



 
 


  La Casa de las traditiones, waar je niet enkel lekker kan lunchen,   maar als het meezit een concert kan meepikken. 

 



           




We leren Oscar kennen. Hij hangt rond in de buurt van de marina en hij is een “regelaar”. Hij heeft een opleiding tot leraar Engels aan de universiteit gevolgd, maar is in het dagelijks leven taxichauffeur. Door het vervoeren van toeristen kan hij meer geld verdienen voor zijn gezin dan wanneer hij leraar zou zijn. Het gemiddelde loon in Cuba is 10-20 cuc per maand, wat neerkomt op 10- 20 euro. Het leven is niet heel duur in Cuba, maar voor een dergelijk loon kan je niet echt veel kopen. Oscar zijn familie spaart een heel jaar lang om een vliegtuigticket te kopen naar Rusland om daar dan voor de hele familie kleren te kopen. We gaven een zak schoenen en t-shirts die Elise niet meer pasten aan een vrouw in de jachthaven en ze deed alsof het kerstmis was. Ze viel bijna op haar knieën. Ik voelde me een beetje gegeneerd om al die overvloed die wij kennen. 


Oscar gaat met ons mee naar het Castillo de San Pedro del Morro. De burcht is hoog op een rots gebouwd en controleert de smalle opening tot de kust van Santiago. Het dateert uit de 17de eeuw en moest de stad beschermen tegen de aanvallen van piraten. Elke avond wordt er vlak voor zonsondergang ceremonieel een kanonschot gelost. De weg ernaartoe is niet echt makkelijk en het is bovendien hevig beginnen te regenen. Enkel Simon en Oscar zijn snel genoeg om het hele ritueel (in de gietende regen) te aanschouwen. Elise en ik zien nog net de apotheose maar Vincent en zijn ouders missen het. Zij zagen het al een tweetal jaar geleden en vinden het niet erg. Het is al laat als we de ferry terug naar de jachthaven nemen. 

 

 De Ferry die de locals dagelijks nemen naar het centrum


         Castillo del Morro


  Wachten op de ferry



Oscar woont op Cato Granma. Een klein eiland voor Santiago. Zijn vader is er visser en baat er een restaurant uit, Cay Coco. Het eiland is klein en is volgebouwd met kleurrijke huisjes. De piepkleine tuintjes staan vol met tropische planten en bloemen. In een half uurtje wandelen we het helemaal rond. Hier en daar stoppen we om een praatje te maken met lokale  vissers, oude vrouwtjes of andere bijzondere Cubanen. De eerste keer op Granma,  hebben we een zalige lange lunch in El Marino, zij het een beetje duur. Mami en opaja sponseren alweer gul. Op Granma hangt een rustigere sfeer dan op Santiago. Er zijn weinig toeristen, en de mensen zijn opvallend minder assertief dan in de stad. 




 Elise is bijna door de grote boekenvoorraad aan boord heen...



 In een piepklein schuurtje huist Blanca met haar 15 biggetjes. We  vrezen dat Blanca met Kerstmis in de pot eindigt. 

 

 Vincent, onopvallend tussen de Cubanen 


  Zij stal ons hart op Granma.


De laatste dag van ons samenzijn, wat vloog die week alweer veel te snel voorbij, gaan we terug naar Cayo Granma om bij de papa van Oscar te gaan eten. In de schaduw op het weelderig bloementerras blikken we terug op de fijne tijd samen. We zijn blij dat we deze keer elkaar niet lang hoeven te missen, al zijn de tranen toch niet erg ver weg. Afscheid nemen blijft de grootste uitdaging van deze reis. Net zoals de andere keren, voelen we ons een beetje verloren als het bezoek weg is. Alles lijkt fout en we beslissen nog een laatste keer naar Granma bij Oscar langs te gaan, deze keer met ons viertjes. Hij schuift mee aan tafel, en legt Simon uit waarom het leven van de Cubanen zo zwaar is. Een les WO is er niks tegen. Simon en Elise worden verwend met heerlijk versgeperst guava en mangosap en om vijf uur nemen we afscheid van Oscar. De volgende dag verlaten wij ook Santiago en zeilen verder naar de Oostkust. Santiago de Cuba zal voor altijd een bijzondere plek in ons hart hebben!

 
Mami en Opajo: dankjewel voor de zalige dagen samen! 


  Zicht vanop Cayo Granma

  Wo-les over Cuba van Oscar, Simon zijn bijzondere vriend

  

2 opmerkingen:

  1. Zelfs aan de andere kant van de wereld zijn we nu ook een beetje buren.
    Als jullie zelf eens foto's willen zien ... :-)
    https://goo.gl/photos/m7ktNrxzq6uUpw57A

    Pura vida vanuit Costa Rica !
    Sunny & Jeanke


    BeantwoordenVerwijderen
  2. Costa Rica, dat klinkt Super!! Als het internet eens wat stabieler is, ga ik eens kijken! Intussen veel liefs voor jullie allebei van alle Sta Vastjes.

    BeantwoordenVerwijderen